Stomme politici

barking_dog.jpg

Wat heb je aan politici? Het kan allemaal veel gemakkelijker, eerlijker, duidelijker en efficiënter! Die teksten zijn voor mij daglijkse koek want ik praat met veel mensen. Soms ga ik er op in, een andere keer doe ik er maar het zwijgen toe.

Hoe goed de Nederlandse burger in staat is zijn of haar zaakjes te regelen, heb ik kortgeleden weer gemerkt. Het gaat om een tamelijk simpele zaak. Achter onze huizen ligt een gemeenschappelijk gangpad. Doorgaans wordt het gebruikt om over te fietsen of te lopen door huiseigenaren die hun percel aan de achterzijde verlaten. Soms komen er gillende kinderen voorbij, meestal in het gezelschap van een loslopende hond of een voetbal of alledrie.

Iedere huiseigenaar bezit een paar vierkante meter van het pad en is in wezen ook verantwoordelijk voor de kwaliteit ervan. Een losliggende tegel waardoor een kind valt, zou je als huiseigenaar kunnen worden aangerekend. Zeker in onze afrekencultuur. Welnu…

Een aantal van mijn mede-eigenaren, ik vermoed twee of drie, had bedacht dat het een goed idee zou zijn  het pad op te hogen. Dan zou het meteen wat gelijkmatiger komen te liggen. Daarover kreeg ik drie maanden geleden een frommeltje papier door de bus gemieterd waarvan ik de inhoud al gauw weer was vergeten. Een maand geleden kwam één van de initiatiefrijke buurtbewoners langs om te vragen wat ik ervan vond. Omdat ik niets had overlegd thuis, vroeg ik twee dagen respijt. Mijn vrouw was het met mij eens dat er met het pad niets aan de hand was en dus besloten we niet mee te doen.

Drie dagen later kwam er een briefje in de bus dat de opknapbeurt ons 150 euro zou gaan kosten. Het bedrag viel hoger uit doordat sommige andere bewoners ook hadden besloten niet mee te doen. Wie niet meedeed werd nog eens goed aangesproken op zijn of haar gebrek aan verantwoordelijkheid en … de mate waarin hij zijn of haar mede-buurtbewoners financieel belastte.

Mijn mond viel wagenwijd open. In werkelijkheid had ik mij voortvarende buurtgenoten nog niets laten weten omdat ik dacht dat ze wel even langs zouden komen om mijn mening te horen. Nee dus. Bij hun was “wie zwijgt, stemt toe”, als ze dat gezegde tenminste kennen.

Ik liet hen dan ook per brief weten dat ik geenszins van plan was mee te doen. Twee weken later stond één van hen voor de deur. Hij maakte mijn vrouw wijs dat inmiddels iedereen akkoord was. Mijn vrouw dacht niet aan een valstrik en wilde geen spelbreker zijn. Dus zei ze dat we alsnog akkoord waren. Ik moet eerlijk zeggen dat ik me goeddeels belazerd voelde door de club.

Vandaag kwam er een brief van een andere bewoner die eigenlijk ook geen zin had in de operatie. Hij had in zijn krant, het Leidsch Dagblad, gelezen dat de gemeente van plan was de hele wijk op te hogen. In die brief stelde hij dat de ophoging van het achterpad niet door kon gaan zolang er en kans bestond dat de gemeente de zaak voor haar rekening zou nemen.

Mijn broek zakte af. Het stelletje initiatiefrijke genieën had dus ons weekblad, noch één van de dagbladen gelezen en had dus nooit kennisgenomen van de gemeentelijke plannen. Als journalist wist ik er alles van maar ik was er altijd vanuit gegaan dat het vaandelzwaaiende voortrekkersgroepje zich toch op z’n minst van te voren wel op de hoogte had gesteld. Niet dus. Het lijkt er nu op dat de hele zaak niet doorgaat.

Echt, het moet me van het hart. Als ons college van B&W een zaak zo klunzig, onhandig, inefficiënt, onduidelijk, inspraakloos, doordrammerig en oneerlijk had aangepakt, zou het door de gemeenteraad en zeker door de pers keihard door elkaar geschud zijn. Er zouden actiegroepen zijn opgestaan en mogelijk demonstraties zijn gehouden. Inspreekavonden, klankbordgroepen en boe-geroep hadden we meegemaakt. Leuk voor mij als journalist maar getuigend van weinig kijk op eigen vermogens, vrees ik nu.

Voor mij is het, niet het eerste, bewijs van een volledig gebrek aan sociale en contactuele eigenschappen die mogelijk karakteristiek zijn voor de mondige burger van deze tijd. Er bestaat geen kloof tussen burger en politiek. Er is wel een kloof tussen mensen onderling, bestuurder of niet. Daartegen helpt geen lieve-communicatie-plan-van-aanpak.

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http://www.politiek.wordpress.com

Service

http://www.memori.be

Schaakbord

hogeresfeer.jpg

Een jaar of twaalf moet ik zijn geweest toen ik voor het eerst Indische rijsttafel te eten kreeg. Ik kende het begrip sambal nog niet en dat had vreselijke gevolgen, vooral omdat ik in het restaurant naast de verwarming zat. 

Is dat nou zo gek? Er zijn tal van kinderen van mijn generatie die nog veel later pas voor het eerst aan de rijsttafel gingen. Ja, maar mijn moeder is geboren in Soerabaja (tegenwoordig moet je erbij vertellen dat die stad op het eiland Java in Indonesiè ligt) en er kwam bij ons nooit nasi op tafel. Dat was wel bijzonder want andere ex-Indiëgangers eten vrijwel nooit iets anders. Tja, mijn vader hield niet van “hete” gerechten en dus… .

Erwtensoep, daarvan hield hij wel maar dat was ook geen wonder want hij was er op Curacao mee getraind. Op zaterdagmiddag en bij kokende hitte kwam er steevast erwtensoep op tafel. Dat typisch Nederlandse gerecht wilden de Nederlanders op de Antillen niet missen.

Nederlanders bleven waar ook ter wereld Nederlanders. Wie de correspondentie van mijn grootouders uit Indië doorleest, vindt daarin vrijwel nooit iets boeiends over de Indische cultuur. Het gaat wel over truttigheden als het Nederlandse notenhouten tafeltje dat zo énig stond in de hoek van de woonkamer. Er werd ook gesproken over de bijeenkomsten waar familie en vrienden oude Griekse drama’s opvoerde tussen de suitedeuren. Zo hoefde er niets gemist te worden van de Europese cultuur. De enige band met Indië  die mijn grootvader vormgaf was de Aziatische wapenverzameling, het Chinese porselein en het Indisch koper. We hadden zelfs een Samoeraiharnas. Een soort buit uit de wingewesten.

Wie nu vlak over de Nederlandse grens met Duitsland gaat kijken, vindt in sommige Duitse steden kolonies Nederlanders die op een kluitje bij elkaar wonen. Zij hebben geen contact met de Duitsers, doen hun boodschappen in Enschede en sturen hun kinderen in Twente en de Achterhoek naar school. Integratie in de Europese Unie! Je hoeft niet lang na te denken ocver de vraag wat de Duisters in die steden daarvan vinden.

Dat is niets nieuws want ook in Canada en Australië zoeken Nederlanders elkaar graag op en onderhouden zij soms hun Nederlandstalige omroep en krant. Ondertussen nemen Nederlanders het moslims uit Marokko, Turkije en andere landen kwalijk dat zij altijd op een kluitje bij elkaar kruipen. Klaarblijkelijk vormen mensen altijd en overal “ghetto’s”, een schaakbord van wijken en buurten.

Inmiddels vragen we ons in Nederland af of het maar niet het beste is om de hele boel door elkaar te gooien. Turken, Surinamers, Marokkanen, Nigerianen, Somaliërs en geboren Nederlanders moeten allemaal in één wijk door elkaar wonen. Dat is goed voor de integratie. Het gekke is dat niemand zich afvraagt of dat cliché wel klopt. Daarbij wordt het woord “ghetto” te onpas gebruikt om te herinneren aan de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog. Dat is behoorlijk misleidend.

Ik ga nu een gevaarlijke vergelijking maken. Als een kind wordt geboren, moet het integreren in de wereld. Het kan niets, weet van niets en snapt weinig. Het is zijn of haar eigen vertrouwde omgeving, kleinschalig en overzichtelijk, die het uitzicht op de wereld biedt. Van daaruit gaat het kind de wereld exploreren, in de wetenschap dat het thuisfront achter hem of haar staat. Ik maak me sterk dat het netzo werkt als mensen integreren in een voor hen nieuwe cultuur. Eerst komt de zekerheid, pas daarna de wens om kennis te nemen van de ander.

Ik heb geen zekerheden te bieden maar de principiële inrichting van gemengde wijken lijkt mij niet goed. De oude bewoners krijgen het gevoel dat hun gezellige wijk wordt verstoord. De nieuwe bewoners voelen zich er niet thuis, zelfs vijandig tegemoetgetreden. Dat wordt een broeinest van conflicten, radicalisering en rechts-extremisme. Niet alleen kinderen maar ook volwassenen hebben volgens mij in de eerste plaats behoefte aan geborgenheid. Tja, het blijft een schaakbord van mogelijkheden maar voor mij is het te eenvoudig gedacht dat zwart en wit door elkaar gewoon grijs gaan vormen.

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Service

www.thesauruszorgenwelzijn.nl

http://www.groene.nl

De zin van de onzinnigheid

kind_groeit_vaker_o_155029d.jpg

Ja, de zin van de onzinnigheid en dat al in de eerste zin. Hoe verzint iemand zoiets? En toch…de lezers van mijn drie vorige columns hebben zich kunnen verkneukelen  in de onzinnigheid. Dat lijkt zo op het eerste gezicht de betekenis van onzinnigheid: lachen.

Nou, dat is nog maar de vraag. Vanmorgen las ik met grote blijdschap in de meest volkse krant van Nederland dat René Cuperus het met mij eens is. Dat is belangrijk want wie ben ik nou helemaal? René Cuperus is medewerker van het wetenschappelijk instituut van de PvdA, de Wiardi Beckmanstichting. Cuperus is dus iemand en hij zegt dat er een te grote kloof is tussen het kader van de partij en de “gewone” achterban.

Je zou ook kunnen zeggen: de doctorandussen en de Jannen met de Pet. Je kunt je afvragen waarom hij dat nu pas zegt maar misschien is het een jong vogelken. Zonder mezelf op de roodborst te willen kloppen, kan ik zeggen dat ik die kloof twaalf jaar geleden al zag. Niet alleen bij de PvdA maar ook bij andere partijen.

Het konijn uit de hoed was “Jip en Janneketaal”. Ineens moesten politici zich gaan uitdrukken in een soort Nederlands die ook begrijpelijk is voor negenjarigen (volgens psychologen een bijzonder lastige leeftijd). Ik heb daar nooit iets van geloofd want de inhoud van de boodschap verandert daardoor niet en dat is nu juist wel de bedoeling. Bovendien leidt ze tot belachelijke uitglijders zoals die van Rita Verdonk “Ik ben niet links, ik ben niet rechts, ik ben recht door zee.” Over onzinnigheid gesproken!

Wie in Jip en Janneketaal uitlegt dat de omgewoelde binnenstad goed is voor ontwikkelingen in de toekomst en natuurlijk de economie en dus de werkgelegenheid, maakt nog steeds niet duidelijk waarom al dat “gewone volk” jarenlang in de rotzooi moet leven. Zonder werk, trouwens. Tegen de tijd dat “de toekomst” is begonnen, gaan ze in de AOW!

De inwoners hebben niet anders dan hun buurt en wijk. Daar is het nu al sinds jaren een zooitje vanwege die belangrijke toekomst met z’n werkgelegenheid en vooraan lopen in economisch opzicht. Moet hun levensgeluk worden opgeofferd aan een stralende toekomst van kenmniseconomie en beursgang waarin medewerkers worden ontslagen terwijl de bedrijven vette winsten maken? Is dat geloofwaardig? De PvdA weet niet hoe ze met dat probleem om moet gaan en de buurt radicaliseert.

 Dat is gek want de afgevaardigden van deze partij hebben de taak ook het “gewone” volk te vertegenwoordigen. Zij lezen nu wel vaak Jip en Janneke en proberen zich die taal aan te leren maar ze praten nog steeds over zaken die het “gewone” volk niet interesseert. Daar leeft vooral één grote vraag: “Waar is mijn sociale nest?” Het “gewone volk” heeft het gevoel te worden opgeofferd aan een toekomst die mijlenver over de horizon ligt. Dan kun je tienduizend keer zeggen dat het niet zo is, het geloof leeft voort en de kloof gaapt verder.

Boven die kloof heeft Geert Wilders een hangbrug gespannen, gammel maar begaanbaar. Jan Marijnissen heeft een iets soliedere houten brug getimmerd. En zie: het volk kwam in groten getale, hoorde deze profeten aan en zij knikten dat het waar was en zij zagen hun wensen op ongelofelijke wijze vermenigvuldigd en vervuld. Althans, zo lijkt het.

Voor Cuperus, Van Hulten, Bos en Tichelaar en al hun volgelingen (en voor veel andere politiek partijen, de VVD voorop)  kan dat in de praktijk niet moeilijker zijn. Meer gerichtheid op het heden en minder op de toekomst. Vanwaar toch die eeuwigdurende leus ‘we moeten klaar zijn voor de toekomst”? Me dunkt, er zijn redenen genoeg om klaar te zijn voor het heden maar daaraan ontbreekt het in ruime mate.

 Minder collectieve luchtkastelen in de vorm van Betuwelijnen en HSL’s  en meer stoeptegels en hondenpoep, dubbele nationaliteiten, leegstaande woonwijken, verstoorde buurten,  hoofddoeken en…

Daar zit de zin van de onzinnigheid. De onzinnigheid die op diverse weblogs over het volk wordt uitgestrooid is een rijke bron van informatie voor iedereen die dit land wil besturen. Daar komen de ergernissen en onderwerpen aan de orde die ons volkje bezighouden. In rechtsradicale, racistische en ook gewoon “volkse” publicaties. Daar gaat het over de vraag of de opzet van gemengde woonwijken bijvoorbeeld wel gaat leiden tot het gewenste resultaat. Daar blijkt dat zo’n mix soms eerder tot conflicten leidt dan tot integratie. Daar komen de problemen van Jan met de Pet over zijn werk, gezinsverbanden, woonbuurt en voeding aan bod.

Het heeft geen pas om die signalen, hoe radicaal ook, terzijde te schuiven. Zij zijn een teken aan de wand dat wordt afgegeven door een volk dat zich onbegrepen en vergeten voelt. Politici moeten er rekening mee houden en oplossingen zoeken zonder radicaal te zijn. René Cuperus en de anderen zouden er dan ook eens vaker daar moeten kijken.

Weg met de academische modellen en terug naar de solidariteit met hen die in het gedrang komen in de alledagelijksheid van hun bestaan. De onzinnigheid kan daarbij als gids dienen zonder haar over te nemen. Solidariteit met mensen in achterstandswijken heeft gevoel nodig, idealen die herkenbaar zijn. Wie verstandige dingen zegt, mag het gevoel niet vergeten.

En tot slot. Ik las kortgeleden dat de PvdA mikt op meer deskundigheid en verjonging. Het laatste beschouw ik als een redelijk loos begrip, zoals ik al eerder aangaf. Het eerste is vaag. Welke deskundigheid? Deskundighieid van de tekentafel of van de zieleroerselen van Jan met de Pet? Als het aan mij ligt, is die laatste deskundigheid voorlopig het eerste aan de beurt.  

Dat kan vorm krijgen door de fractie een betere afspiegeling van de samenleving te laten zijn. Weliswaar is ze in toenemende mate meer cultureel samengesteld en zitten er vrouwen in maar hoe zit het met het percentage Jan met de Petten? Juist in een grote fractie kan hun invloed de juiste sterkte krijgen. Oftewel: de teksten zijn begrepen, het commentaar is relevant. 

En als uitsmijter: dit is geen pleidooi voor pragmatisme of rechtsradicalisme. Beide beschouw ik grotendeels als onzinnigheid. Het is een pleidooi voor solidariteit van politici met mensen die daar de meeste behoefte aan hebben.

En als allerlaatste uitsmijter: doen ze dan helemaal iets goed bij de PvdA? O zeker wel, het idee van wijkgericht werken is uitstekend, Het sluit naadloos aan op het bovenstaande maar … de uitwerking moet gericht zijn op het nu, niet op de lange termijn.

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http://politiek.wordpress.com

Service

www.nu.nl

www.fos.socsol.be

Hey Mr. Wolverine Man

geldpakhuis800×600.jpg

“Hey, mr. Wolverine Man, play a song for me, I’m not sleepy and there ain’t no place I’m going to…zoiets zou het kunnen zijn. De afgelopen dagen ben ik een paar keer bezocht door Wolverine. In mijn herinnering was dat een “lone wolf” in de serie X-Man waarvan ik geen structureel bekijker was maar ik heb er wel kennis van genomen. Wolverine was geen onsympathieke figuur en zo’n beetje “straatloos” (een woord dat ik van Sven Kockelman heb toen hij zich een keer versprak).

Deze Wolverine is een adept van Nederkrant waarover ik al wel eens berichtte en waar ik nu niet teveel van wil zeggen. Wolverine wil mij maar al te graag een lesje economie geven en daar sta ik altijd voor open. Ik ben geen econoom, hoop het nooit te worden en snap dus geen barst van geld. Of Wolverine wel econoom is weet ik niet maar zijn lessen kunnen mij maar niet overtuigen. Ik zal zeggen waarom.

In de eerste plaats krijg ik de indruk dat hij zelf niet tot de best gesitueerden van Nederland behoort. Toch pleit hij voor één belastingbox voor iedereen. Dat vindt hij eerlijker voor de rijken. Kijk, dat mag ik graag zien. Bij politieke gezichtspunten moet je over de grenzen van je persoonlijke belangen heen kijken. Laat ik er nu van uitgaan dat Wolverine het niet breed heeft en het moet doen met 1000 euro in de maand. Dan zou hij bij 30 procent belasting nog maar 700 euro schoon overhouden. Nou ja, er zijn mensen die ermee rond kunnen komen.

Ondertussen strijkt de heer Dagobert Duck elke maand 25.000 euro op waarvan hij 30 procent betaalt aan belasting, dat is 7500 euro per maand, altijd nog zevenenhalf keer het bruto inkomen van Wolverine. Dagobert houdt schoon 17.500 euro per maand over en dat is precies 25 keer het bedrag dat Wolverine opstrijkt. Dagobert ziet elke maand ruim twee keer het jaarinkomen van Wolverine bijgeschreven.  Dat zou ik ook heel eerlijk vinden als ik Wolverine was. Weg dus met die progressieve belasting?

Nee, want wie had dat gedacht, Dagobert krijgt last van schuldgevoelens. Hij heeft het idee dat er iets scheef zit en hij vindt dat hij met zijn geld iets moet doen dat “goed”is voor de mensen. In de ogen van Wolverine is Dagobert nu de grootste sukkel van het universum want Wolverine loopt kans wat eurootjes van Dagobert te krijgen. Hartstikke oneerlijk natuurlijk. Misschien is die tweede en derde belastingbox toch nog niet zo’n gek idee en ik voel zelf wel iets voor een vierde box onder de naam “kleptocratentax” (welk woord ik ook niet heb bedacht). 

Verder maak ik uit Wolverines tekst op dat hij eigenlijk helemaal van de belasting af wil want het is allemaal diefstal. Nu heb ik zo’n veertig jaar geleden tijdens mijn speurtochten naar hasj in Afghanistan gezien hoe een land zonder wegen eruit ziet en ik moet zeggen, het was…”pittoresk”. Dat is het woord dat we altijd gebruiken voor het gammele restauranttafeltje in Griekenland dat we nog voor geen goud in huis zouden willen hebben.

Geen belasting dus. Ik schat in dat Wolverine zich het meest aangesproken voelt als ik de gevolgen daarvan als volgt laat zien: geen uitkeringen voor werkloosheid, geen sportvelden, geen voetbalstadions, geen goedkope huurhuizen, geen huursubsidie, geen straten en wegen, geen riool, geen straatverlichting, geen openbaar vervoer, haast geen onderwijs, geen politie en brandweer, geen ambulances, geen opvanghuizen voor dak- en thuislozen, geen dijken’Nou moet ik nog verder gaan met mijn inzichten in de economie?

Ik vind het heerlijk als Wolverine Man liedjes voor me speelt en me laat dromen tijdens het roken van wat “grass” maar helaas voor hem is die tijd bij mij al lang voorbij. Ik heb geleerd het dagdromen te bewaren voor de marges van het leven, voor de”amorfe tijd” (heb ik ook niet zelf bedacht). Voor de rest, Wolverine, moet ik helaas haast elke dag ploeteren om aan mijn kostje te komen. Van dat kostje mag jij best iets hebben, al is het maar via de belasting. Als ik een broodje eet, deel ik ook altijd met mijn hond. Ik vind het leuk om weg te geven.   

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http.://politiek.wordpress.com

Service

www/meervrijheid.nl

www.libertarischepartij.nl

Onzin

pseudo.jpg

Kortgeleden schreef iemand dat filosofen een bul hadden gehaald om “pseudowetenschappelijke onzin “te schrijven. Zoals ik al eerder betoogde, maakt de schrijver van die gedenkwaardige woorden  zich dagelijks schuldig aan het schrijven van onzin die niet eens pseudowetenschappelijk is. Ik vraag me overigens af of hij weet wat het woordje “pseudo” betekent en of hij weet waaraan een wetenschapplijk geschrift moet voldoen. Voor alle duidelijkheid, mijn columns zijn niet wetenschappelijk, ook niet pseudo.

Deze blogger heeft het in zijn hoofd gehaald om een stuk te schrijven over de afschaffing van `Islamitische klederdracht`. Nu mag iemand mij gaan vertellen wat daaronder verstaan moet worden. Als ik zo de Islamitische wereld overzie, komt mij een keur aan klederdrachten tegemoet. Zo tooien Turken zich heel anders dan Bosniers of Javanen. De laatsten wonen in het grootste Islamitische land ter wereld en ik zie hun klederdracht vrijwel nooit in de Nederlandse straten. Hetzelfde geldt voor Sumatranen of inwoners van één van de andere eilanden van de gordel van, verbleekt, smaragd. 

In Pakistan en het zeer Islamitische Somalie ziet het  er al weer heel anders uit. De onzin van deze blogger vindt ondertussen wel haar weg naar zo´n duizend lezers per dag. Want ja, naar mate  je meer onzin opschrijft, krijg je meer belangstelling. Het is als met André van Duin. Daar is nog nooit een zinnig woord uit gekomen en zie, hij is beroemd.

Beroerder is het als onzin bijdraagt aan de verwijdering tussen bevolkingsgroepen. Als ze stelselmatig een bevolkingsgroep in het verdomhoekje zet, desnoods door de grootst mogelijke kolder te gaan beweren. Dat is allemaal begonnen met het hoofddoekje. Ook dat behoorde volgens sommigen bij deIslam terwijl het in de vijftiger jaren van de vorige eeuw onder Nederlandse vrouwen heel gebruikelijk was.

Ik zou de blogger dan ook willen vragen of er ook zoiets bestaat als christelijke klederdracht of liberale of socialistische klederdracht? Is er ook een Boeddhistisch klederdracht? Bestaat er een Sjamaanse klederdracht? Het zou natuurlijk wel gemakkelijk zijn als ik de godsdienst van een ander aan zijn of haar kleren zou kunnen aflezen. Helaas is dat niet zo. Er bestaan wel kledingstukken die vrijwel uitsluitend in een bepaalde religieuze kring gedragen worden maar van typische exclusiviteit is geen sprake. De niqaab bijvoorbeeld, of de boerka, is veel ouder dan de Islam.

Klederdracht is afhankelijk van de cultuurkring waarin je je bevindt en die blijkt veelal veel kleiner te zijn dan het verspreidingsgebied van een godsdienst. Zo zijn de Zuid-Duitsers terecht nog steeds trots op Lederhosen en Dirndel en de Schotten willen maar geen afstand doen van hun kilt. Met hun godsdienst heeft dat allmaal niet zoveel te maken. De klederdracht onderscheidt hen van mensen met hetzelfde geloof, vaak al op dertig kilometer afstand. De uitdrukking `Islamitische klederdracht` is dan ook een onzinnige poging om bepaalde kledingstukken te zien als het uniform van een gevaarlijke, gewapende macht. In dat opzicht bestaat in elk  geval één heel duidelijk voorbeeld, het zwarte hemd. Van pseudowetenschappelijke onzin is bij de genoemde blogger dan ook geen sprake. Pseudowaarheid misschien?

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http://politiek.wordpress.com

Service

www.pseudo.com

De bedoeling

andr007mees02ill07.gif

“De bedoeling is leverworst” is een oud gezegde uit mijn familie. Het drukt uit dat de bedoeling niet zo heel helder voor ogen staat. Of…misschien niet zo heel helder over te brengen is. Dat gevoel had ik vandaag weer bij het interviewen bij één van de wethouders in mijn gemeente. En natuurlijk, het is mijn taak, als journalist, onduidelijke bedoelingen duidelijk te maken dus…

De wethouder wilde aandacht besteden aan de “woonservice zone” in een nieuw te bebouwen deel van de stad. Vroeger sprak men van “woonzorgzones” maar dat doet teveel denken aan ongelukkige ouwetjes die moeite hebben de vierkante wielen van hun wagentje te repareren. In de woonservice zone gaan ook jongere mensen wonen.

Nu is er in de buurt een verzorgingshuis, een ziekenhuis en een reeks van seniorenappartmenten en één van de aangkondigde voorzieningen zou zeker een seniorenrestaurant zijn. Allengs kwam bij mij, ik ben ook al zestig, de vraag op waarom je in dat gebied zou gaan wonen als jongere. Ik zag een stadsdeel met louter ouderen en gehandicapten en zelfs dementen om me heen, een seniorenrestaurant en noem maar op. Niet echt een omgeving voor iemand van 26 die vol van dadendrang zijn eerste appartmentje betrekt.

Het merkwaardige nu was dat de voorzieningen voor senioren al wel aardig in kaart zijn gebracht maar als het om de jongeren gaat… De wethouder redde zich eruit door te stellen dat veel afhangt van de wensen van de bewoners. Nou, dat is natuurlijk altijd goed en trouwens, tennisveld en sporthal zijn vlakbij. En toch…bleef bij mij de vraag wrikken wat nu precies de bedoeling was. Stond hier heel duidelijk voor ogen hoe de buurt er straks uit ging zien? Ik weet het niet.

Vandaag las ik een tekst van een blogger die schreef over filosofen: “Ik heb geen vodje nodig om pseudowetenschappelijke onzin te schrijven…” . De bedoeling was leverworst. Deze blogger schrijft over het algemeen wel onzin maar niet pseudowetenschappelijk. Daarvoor lijkt zijn onzin niet genoeg op wetenschap. Tja, ik heb op zijn “betoog” maar niet gereageerd maar opnieuw had ik het gevoel dat de schrijver zelf niet goed wist wat hij eigenlijk wilde zeggen. Het lijkt mij dat hij zich in geen geval kan vinden in mijn interpretatie.

Nu zou ik die wethouder en de blogger niet graag met elkaar willen vergelijken en als ik het doe valt de wethouder zonder meer positief uit. Maar even zo goed, ik heb me toch afgevraagd of we niet meer van onze bedoelingen doordrenkt moeten zijn voordat we iets aan de publiciteit  prijsgeven. Anders is er voor mij toch ook geen beginnen aan. Ik ga over die servicezone nog een piekeren.

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http://politiek.wordpress.com

Service

www.lbr.nl

www.euronet.nl