Beerenburg blijft Beerenburg

fr_vlag.gif

Kommer aait zijn kleine, grijze sikje en kijkt om zich heen alsof hij de horizon afzoekt. “Deze keer moeten we uitwijken naar mijn studeerkamer”, zegt hij trots. “In alle keukens van het huis heerst chaos want de schoonmakerij is uitgebarsten”, lacht hij. Dan steekt hij een vinger omhoog om aan te geven dat de Friese profetie een aanvang neemt. “Maar gelukkig hebben we de Beerenburg en twee glazen hier”, met een knikje verwijst hij naar het kleine bijzettafeltje naast de leren fauteuil bij de erker aan de zijkant van zijn huis. “En kijk, zegt hij terwijl hij met zijn vinger de muren aanwijst. “Alle wanden hebben hier de kleur van de windrichting: het donkerblauw van het noorden, het rozerood van het oosten, het geel van het zuiden en het rood van het westen. Daar voel ik me bij thuis”, de tevredenheid in zijn ogen kan mij onmogelijk ontgaan.  Het is duidelijk dat hij wat emotioneel raakt en hij legt zijn pijp weg, naast het kruikje Beerenburg.

Hij schuift het tafeltje met het kruikje Beerenburg meer naar het midden van de kamer en wijst mij een leren fauteuil met kussen. “Als je het niet wilt, leg je het maar naast de stoel hoor jongeman”, glimlacht hij. “Je wilde het hebben over waarden en normen? Mijn favoriete onderwerp, hoewel er veel teveel over gepraat wordt de laatste jaren!” Hij vouwt zijn handen in elkaar en staart even naar het plafond. “Weet je, al dat gepraat heeft nog steeds niet duidelijk gemaakt over welke waarden en normen we het eigenlijk hebben. Het lijkt een soort herstelbeweging en die hebben we in de loop van de tientallen jaren méér dan ééns gehad.” Met elk woord stampt hij de tabak in zijn Friesche pijp verder aan. “Vóór de Tweede Wereldoorlog had je Nationaal Herstel, een clubje dat het liefst lijfstraffen zou hebben ingevoerd. Dat is gek hè? Mensen die over waarden en normen beginnen, willen altijd allereerst straffen. Alsof waarden en normen er met de zweep in te ranselen zijn. Nou, ik zeg altijd: ‘ze zijn er eerder uitgeranseld dan erin’. Wie zware straffen uitdeelt, laat zien over weinig waarden en normen te beschikken.” Ik verschuif even in mijn fauteuil want mij bekruipt het onrustbarende gevoel dat we het vandaag ééns worden.

“Maar u moet toch toegeven dat veel jongeren in de bus niet eens meer opstaan voor ouderen”, probeer ik. “En die vechtpartijen bij het voetballen… .”Er tekent zich iets van irritatie af in het gezicht van de oude en wijze politicus en dus stop ik mijn betoog haastig. “Kijk eens, jongeman”, zegt Kommer terwijl hij een glas Beerenburg voor mij inschenkt. “Ik heb al eens eerder gezegd dat je niet teveel naar voor de hand liggende zaken moet wijzen. Natuurlijk, jongeren blijven steeds vaker zitten, niet alleen als een oudere graag een zitplaats zou willen hebben maar ook als er een zwangere vrouw moet staan of iemand met zijn been in het gips.” Deze keer giet hij een flinke slok Beerenburg naarbinnen en nadenkend blijft hij naar het fraai, compleet met engeltjes en sierlijsten, gestuukte plafond staren. Dan springt hij overeind alsof hij zich plotseling iets bedenkt. Met grote stappen beent hij naar de vleugel die de andere helft van de kamer bevolkt.

“Een echte Bachmann van 1897”, zegt hij onderwijzend en hij neemt plaats achter het instrument. “Met een half octaaf extra zodat je er stukken op kunt spelen die niemand uit zijn Japanner in de doorzonwoning haalt.” Zijn armen zweven nu ver omhoog alsof er sprake is van levitatie en met kracht raken zijn handen de toetsen. Soepel en liefdevol maar ook helder en onverzettelijk begint hij aan de beroemde fuga van Bach. Zijn  handen vliegen steeds weer van links naar rechts, soms hoger dan een zwaluw over de akkers. Zijn zit is stevig en toch meegaand, de ervaren ruiter van een Friesche hengst laat zich hier kennen. En dan…houdt hij even plotseling op als hij is begonnen. Als een leraar stelt hij zich op achter het instrument. “Weet je wat zo mooi is van het klavier?”vraagt hij maar op het antwoord wil hij overduidelijk niet wachten. “Alle toetsen, alle tonen, liggen keurig in het gelid. Het klavier is het enige instrument dat ze allemaal op een rijtje heeft.” Hij wacht even om te zien welke uitwerking zijn woordgrapje heeft maar ik hoor het nauwelijks omdat ik zijn betoog wil volgen.

“Het klavier heeft die structuur niet door het te slaan en te schoppen maar doordat het zo is gemaakt door de klaviermaker. Ik bedoel nu niet de Grote Klaviermaker die de muziek in ons aller leven brengt maar gewoon, de man in het atelier.”Het is de pianist die er mooie, harmonieuze klanken uithaalt door de juiste toetsen en combinaties aan te raken. Niet door de toetsen aan stukken te rammen of eruit te trekken.” De oude, wijze politicus lijtk bijna helemaal buiten adem door zijn gloedvolle betoog maar hij heeft nog lucht genoeg om terug te benen naar zijn zetel en een slok Beerenburg weg te werken.

“U bedoelt dat structuur, waarden en normen een gevolg zijn van vorming en opvoeding?” vraag ik, overweldigd door een vlaag van wat ik zelf beschouw als verlicht denken.  “Heel juist!” is het absolute antwoord. “En er zijn middelen genoeg. Ooit is het onzalige idee ontstaan dat spelling, zinsontleding en woordbenoeming, jaartallen en topografie niet belangrijk waren. De profeten die zulke onzin verkondigden, begrepen niet het wezenlijke belang ervan. Uiteindelijk gaat het niet om een vlekkenloze spelling. Het gaat erom jongeren en kinderen de structuren in het leven te laten zien. Toon aan dat het leven structuur heeft en ze gaan er zelf ook naar verlangen.” Kommer klakt met zijn tong en kijkt opnieuw naar het plafond. “Want structuur is mooi, kinderen willen niets liever. Ze zijn allemaal gek op uniformpjes, zoals blijkt uit de padvinderij, de communistische jonge pioniers en helaas ook de Hitler Jugend.”

Bijna uit het veld geslagen ben ik door zoveel verbaal geweld en ik ga zelfs verlangen naar een glas Beerenburg maar daarop hoef ik gelukkig niet lang te wachten. Kommer staat al klaar met de kruik in de hand en ik knik ja.  Er “bekruipt” mij een vraag maar ik weet niet meer of ik er wijs aan doe om haar te stellen. Toch kan ik mezelf niet bedwingen. “Maar het is toch goed om opgeschoten jongeren in het gareel te krijgen, te corrigeren, bij te sturen?” De oude, wijze politicus kijkt somber voor zich uit. “Bijsturen? Ja, maar in welke richting? Toch niet de kant op van die idioot met zijn Joods-Christelijke waarden en normen of cultuur?”

Het schuim staat hem nu bijna op de lippen. Zelden heb ik Kommer zo kwaad en opgewonden gezien. “Hier in Friesland hebben we geen behoefte aan herstel van waarden en normen. En Joods-Christelijk? Dat is toch echt de verbastering van elke cultuur in dit land. Ik heb wel eens iemand gezien die een Joodse, zevenarmige kandelaar in de vesnterbank had staan. En Christelijk? Onze grootste dominee, Domela Nieuwenhuis, was een rode rebel! Wat nou Joods-Christelijk. Het is mij wel eens opgevallen dat die mannen van het herstel allemaal uit het zuiden van dit land komen. Dat ligt tegen België aan waar je kunt zien wat er van komt als je je waarden steeds weer moet herstellen.”

Kommer loopt rood aan en het is duidelijk dat hij zijn gewoonlijke zelfbeheersing tijdelijk overboord heeft gezet. “Het begint al bij de grote rivieren waar ze de waarden onder water laten lopen terwijl wij de warden juist droog houden. Trots en fier met de vlag van blauwe en witte banieren en rode harten in gedachten. Juist nu onze minister van cultuur denkt dat Friesland en sprookje is. Normen en waarden! Kijk eens naar onze parlementariërs die over niets anders kunnen praten dan over katten, muizen en koffiezetapparaten in hun kamers. Stijl en smaak, respect en trots. structuur, daar gaat het om. Niks herstel. herstellen doe je met stoplappen!”

Kommer is uit zijn stoel overeind gesprongen en begint spontaan de eerste regels van het Friese volkslied te zingen terwijl hij zijn glas Beerenburg hoog opheft:

Frysk bloed tsjoch op! wol no ris brûze en siede,
En bûnzje troch ús ieren om!
Flean op! Wy sjonge it bêste lân fan d’ierde,
It Fryske lân fol eare en rom.

Ik zie zelfs een enkele traan over zijn wangen biggelen. Het interview is, dunkt mij, afgelopen.  

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http://politiek.wordpress.com

 

 Service

www.waarden.org

www.sociaalemotioneel.nl

www.collegenet.nl

www.jongebazen.nl

www.cinner.com

www.woordenboek.writersblock.net

www.henkblanken.nl

www.drf.nl/kunst/volkslied/volkslied.htm

Een blauwtje lopen bij de VN

taliban3-7.jpg

Gisteravond zag ik een klein plukje van één van die zogenaamde actualiteitenrubrieken zoals “Vier in het Land” of iets dergelijks. Twee sufpubers staan van achter een lessenaartje wat teksten uit hun hoofd op te dreunen met al dan niet schokkende beelden ondersteund. Deze keer ging het over hertjes die de gemeente Rotterdam niet kwijt kan. De buurt is bang dat de dieren naar de slager moeten vanwege de bouw van een nieuwe wijk. Voorafgaand daaraan ging het verhaal over een pedofiel die ergens in een wijk woonde en waarvan de woonplaats bekend was gemaakt door de gemeente.

Nou wil ik dat niet asociaal noemen maar wel onverantwoordelijk. Toegegeven, die pedofiel had nog al wat op zijn geweten maar nu hij weer vrij is, zal hij ook ergens moeten wonen. Dramatische verhalen over een pedofiel die eerder in die wijk woonde, doen daar niets aan af. En die herten? Als de gemeente ze naar de slager brengt, maak ik goulash van het college.

Het zijn relatief kleine, plaatselijke problemen. Heel wat anders dan Nederlandse soldaten die doodvallen als vliegen in het onherbergzame land van Afghanistan. Daar zijn ze neergezet door politici met zonnenbril en witte stok met rode banden. Mannetjes en vrouwtjes die wel eens de grens over zijn geweest maar nooit hebben begrepen dat mensen in een ander land er een andere manier van leven op na (willen) houden. De gedachte aan een vredesmissie gaat uit van het idee dat vreemdelingen, wij dus, het grote geluk over het land zullen brengen, In werkelijkheid veroorzaakt het een fusie tussen radicale moslims en nationalisten of liever `lokalisten`. Veel Afghanen beseffen niet eens dat ze in Afghanistan wonen maar ze kennen wel hun dorp en streek. 

Het voortdurende gebruik van de term  ” vredesoperatie” is mij een geslepen doorn in het oog. Vredesoperaties bestaan niet. Militairen voeren oorlog, dat geldt ook voor onze `blauwhelmen`. Wie oorlog voert, kan geen vrede stichten. Soms, heel soms kunnen legers omstandigheden creëren waaronder andere mensen vrede kunnen stichten en een deel van de problemen oplossen. Maar neem nu de Tweede Wereldoorlog. Die maakte een eind aan de gruwelijke moordpartijen op Joden. En waar heeft dat toe geleid? Een Joodse staat die Palestijnen onderdrukt. Het probleem is niet opgelost maar verplaatst.

De Koreaanse oorlog werd tenminste nog `oorlog” genoemd. Daarna kwam Vietnam, dat heette ook nog oorlog. Het was weliswaar geen VN-actie maar wel internationaal militair ingrijpen. Die actie leidde tot een verloren oorlog. In Cambodja kwamen de VN wel opdagen maar het is er nog steeds een zooitje. In Kongo zetten de VN “blauwhelmen” in en de moordpartijen zijn er aan de orde van de dag. In Rwanda moordden de mensen elkaar uit ondanks een “vredesmacht”, in Ethiopië en Eritrea staan legers klaar om elkaar op ieder gewenst moment in de haren te vliegen, in Somalië is nauwelijks duidelijk wat er aan de hand is, Israël hoefde maar te kikken en de VN-troepen vertrokken, in Oost-Timor breken moordpartijen uit zodra er een conflictje speelt op Cyprus houden VN-troepen de strijdende partijen uit elkaar die vooral door autoritaire regiems in Turkijke en Griekenland tegen elkaar waren opgehitst. Vrede is er niet.

En dan is er voormalig Joegoslavië. Bosnië vooral,  dat op een krankzinnige manier is opgesplitst in twee republiekjes die geen enkele overlevingskans hebben. Misschien, heel misschien lossen de inwoners daar zelf hun problemen op maar dat kost heel veel tijd. hetzelfde geldt voor Kosovo. Was er nog meer?

Kijk eens naar West-Europa, de moeder van het rationele denken en de vrede. De Baskische afscheidingsbeweging gaat weer bommen gooien en Walen en Vlamingen zouden elkaar het liefste door de fruitpers duwen. In Noord-Ierland regeren katholieken en protestanten nu samen. Maar hoe komt dat? VN-vredesmissie, Britse politiemacht? Welnee. De Noord-Ieren hebben zelf ingezien dat het zo verder niet ging. Zij hebben vooral zichzelf geholpen. Al jarenlang was de grote massa van Noord-Ieren het zat en langzaamaan hebben de “gewone” burgers hun zin kunnen doordrijven. En nu maar afwachten.

De “vredesmissie” in Afghanistan is in werkelijkheid een kapitaalverslindende oorlogsoperatie. Volgens minsister Verhagen zijn onze troepen in dat land hard nodig ter wille van onze veiligheid. Het erge is dat hij weet dat hij uit zijn nek kletst maar even zo goed dit soort lulkoek aan de goegemeente verkoopt. Het terrorisme laat zich niet genhouden door ons gestuntel in Afghanistan. Als terrorristen al oefenkampen nodig hebben, dan vestigen ze die met evenveel liefde elders: in Somalië, in Gaza, in Soedan, in onbegaanbare streken in Afghanistan en Pakistan en in ieder land dat ons wil pesten.

Ondertussen zijn we verontwaardigd over de geheime CIA-gevangenissen terwijl die onderdeel uitmaken van de enige doeltreffende aanpak van terreur, tegenterreur. Hoe te voorkomen is dat mensen daar onterecht verzeild raken, is een probleem op zich. Ontvoering van terroristen en hun `verdwijning` kan onrust in terroristische groeperingen veroorzaken en dat is dus een goed bestrijdingsmiddel. Voor de rest is een effectieve aanpak van terreur in eigen land of in de EU aan te bevelen. Oorlog voeren in Afghanistan en Irak is niet meer dan symboolpolitiek die de situatie in werkelijkheid verergert. “Onze jongens en meisjes” lopen er niet de wacht maar wel een blauwtje.

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

https://politiek.wordpress.com

 

Service

www.landmacht.nl

www.oneworld.nl

www.scholieren.nrc.nl

www.verteranen-platform.nl

www.veteranen-online.nl

De hemel kleurt rood, weer iemand dood

taliban.jpg

Toen ik nog wel eens in Afghanistan kwam, dat is lang geleden, viel mij meteen op dat het land niet leek op Walcheren, de Noord-Oostpolder of het Drielandenpunt. De mensen glimlachten buitengewoon vriendelijk naar me als ik een portie wiet kwam halen en die mocht ik dan bijna zelf uit een veld met klaprozen zoeken. Ja, alles stond door elkaar.  Na vier keer drie dagen onderdak bij een Afghaanse familie in de bergen, krijg je een aardig idee van het denken en doen. En inderdaad, dat was in Kandahar. 

Mij viel ook op dat er wel burgemeesters waren maar ook nog veel machtiger mannen, krijgsheren. Heren die nog nooit van humor hadden gehoord. Onderzoek zou onmiddellijk uitwijzen dat vrouwen er meer gevoel voor hebben. Ergens ver weg, in Kaboel, woonde de koning. Eigenlijk hielden de krijgsheren van het land hem in gijzeling. Zolang de koning regeerde, regeerde de vrede. Vrede waarbij er overigens van tijd tot tijd wel degelijk iemand met doorgesneden keel langs de kant van de weg werd gevonden omdat hij zijn mondje voorbij had gepraat over zijn krijgsheer. Maar goed. Er was vrede en heel veel wiet en opium. Als je bij Kaboel, toen een heerlijke en redelijk mondaine stad, uit het vliegtuig stapte, drong het aroma ervan al je neusgaten binnen. Heerlijk!!!

Jammer is het wel dat Jan Peter en zijn kornuiten nooit eens een joint zijn wezen opsteken. Dan hadden ze ook wat meer begrip gekregen van het land. Dan hadden ze misschien niet in hun zelfgenoegzaamheid gedacht dat Afghanen niets liever willen dan democratie naar Zeeuws model. In plaats daarvan werkte hij liever aan de meditterane stranden aan een verdere ontwikkekling van zijn westerse superioriteitsgevoel.

Natuurlijk, ook de Afghaanse boeren willen rust. Zij zien niet graag hoe hun zorgvuldig geplante stekjes door tanks worden platgewalst. Ook zij willen geen strijders op paarden  die hun klaprozen vertrappen. Nee, rust en een zekere welvaart voor zichzelf en hun gezin. De vraag is, wie die rust moet brengen. Het centrale gezag, buitenlanders? Afghaanse boeren in het zuiden hebben geen enkel gevoel voor hun collega’s in het noorden. Het zal ze een rondzorg zijn wat daar op vijfhonderd of duizen kilometer afstand gebeurt. Hun enige wens is dat ze hun product voor een goede prijs kunnen afzetten en daarbij willen ze niet worden gehinderd door wie dan ook.

Hun krijgsheer beschermt de velden, strijkt een groot deel van de winst op en voert, als het moet, oorlog. Oorlog met andere krijgsheren en vooral ook met vreemdelingen die hun neus steken in zaken die hen niet aangaan. De Russen weten er alles van. Betweters uit het westen bijvoorbeeld die komen “helpen”, zijn haast bij niemand welkom. Er zijn maar heel weinig Afghanen die op die hulp zitten te wachten. Er zijn nog minder Afghanen die iets voelen voor hun “helpers”  die vooral Afghanen doodschieten. Bij de beschietingen in de beluchavallei vallen talloze burgerslachtoffers. Staat er op die kogels en granaten ook “From Holland” zoals bij andere ontwikkelingshulp? Hoe zouden wij het eigenlijk vinden als een half miljoen Chinezen in osn land op die manier huishielden onder het mom “hulp” te bieden?

Weer een militair “overleden”. Ik heb iets tegen die term. In soldatenland heet dat gewoon “gesneuveld”. “Overleden”  klinkt alsof niemand er iets aan kon doen en daarover maak ik me razend. Die superieure blik in de ogen van mannen als Berlijn, Kamp, Balkenende en nu ook Middelkoop. Alsof Nederlandse militairen daar als een soort Moeder Theresa de bevolking aan het helpen zijn. Die schijnheiligheid en krokodillentranen. Het laat mij de vuisten ballen want die soldaten zijn erin geluisd. Hen is wijsgemaakt dat ze als bataljon van het Leger des heils ontwikkelingshulp zouden brengen. Hulp die iedereen daar best wil hebben.Niemand zal ons vanwege die hulp het recht geven hun leven en gewoonten te evranderen. En daarom zullen er meer mannen en ook vrouwen sneuvelen. Om onze naïeveteit en de schandalige en absurde loyaliteit van ongewassen varkentjes die ons land denken te kunnen besturen. Loyaliteit aan Amerikanen die denken dat elk volk wil leven zoals zij: in de poel van racisme, onverbloemd nazisme en onderlinge onverschilligheid.

Kijk, dat was mijn kwaadheid want zoals er goede Duisters waren in het verleden, zo zijn er goede Amerikanen in het heden. Zo zij er ook Amerikaanse moeders die hun zonen nooit terug zullen zien, misleid door schandelijk vooringenomen leiders. Daaraan mag Nederland niet loyaal zijn. Niet loyaal vanuit het diepgewortelde onbegrip over het land Afghanistan. Vandaag hoorde ik een officier zeggen: De Taliban vallen de Baluchavallei aan omdat ze een succes nodig hebben.” Ik dacht dat ik uit mijn vel knapte. Hoe stom kan zo’n man zijn? De Taliban hebben al jaren succes door steeds weeer verliezen toe te brengen aan een “superieure” westerse krijgsmacht in geïsoleerde posities. Zij, de Taliban, tellen hun doden niet maar zegenen ze. Elke veldslag is succes voor de Taliban, of ze nu met grote verliezen eindigt of niet. De Afghanen begrijpen de boodschap: de Taliban zijn er nog!

Soldaten sneuvelen, dat is een beroepsrisico en hun dood is nooit tevergeefs. Dat is ze zeker niet als Nederlanders door hun dood gaan begrijpen dat zij de Afghanen niet kunnen helpen. Afghanen moeten zichzelf helpen totdat zij echt geholpen willen worden. En dan zijn voor die hulp geen soldaten meer nodig. Politici worden afgezet en als het aan mij ligt, gaat de hele hypocriete bende die verantwoordelijk is voor onze”vredesmissies” vandaag nog op eeuwig reces. Het is niet om de doden dat ik huil maar om de levenden.

En zie, de hemel kleurde weer rood en weer ging iemand dood want zij wisten niet wat zij deden…. Tot sterkte,

Kaj Elhorst

Http://politiek.wordpress.com

 

Service

www.infoplease.com

www.nieuwsnieuws.nl

www.blogcatalog.com

www.ariana.nl

www.landenweb.net

www.lcweb2.loc.gov/frd/cs/aftoc.html

Niemand verdient respect

ladakh_kloof1.jpg

Soms vind ik het moeilijk om uit te leggen hoe dat nou precies zit met die maatschappelijke kloof. Die afstand tussen de `doctorandussen` en `het volk`. Vanmorgen hoorde ik iets dat mij een mooi voorbeeld lijkt. Een terminale kankerpatiente mag niet naar huis omdat het ziekenhuis nog allemaal onderzoek moet doen. Waarvoor en waarom? Nou, dat werd al gauw duidelijk. Mevrouw had erge buikpijn maar na een onderzoek bleek al gauw dat aan haar longen niets mankeerde en dat werd haar uiterst opgelucht medegedeeld.

Het zal wel aan mij liggen maar mij is de lariekoek van het bovenstaande onderzoek wel duidelijk. De kloof! De zeer geleerde dames en heren hebben ieder contact met de werkelijkheid verloren ern zitten vastgeroest in hun eigen kaders en wtenschappelijke valstrikken. Ik vind het bovendien behoorlijk respectloos om iemand die terminaal is de gang naar huis te weigeren.

Respectloos is ook dat in de Communistische Heilstaat China gevangenen dagelijks tien uur moeten werken en dan elke week een appel krijgen. Respectloos is de stapel apekoppen en toekansnavels die ik gisteren in de krant zag als bewijs van een haperende wetgeving tegen handel in bedreigde diersoorten. 

Nu is respectloosheid iets dat in onze tijd ongeveer gemeengoed is. `Respect moet je verdienen`, is een veel gehoorde uitspraak. Gisteren bracht ook een wethouder met wie ik goede betrekkingen onderhoud dat naar voren. Ik ben het niet met hem eens. Respect is niet iets dat je ontvangt van een ander maar een manier van kijken naar de wereld. Letterlijk vertaald betekent het `omkijkgedrag`en `omkijken naar iemand` doe je ook zonder je af te vragen wat hij of zij voor iemand is, wat hij of zij heeft verdiend. Wat mij betreft geldt dat trouwens voor alle levende wezens.

Anders staat het met `waardering. `Waardering kun je aan iets of iemand hechten vanwege bepaalde kwaliteiten. Je kunt het ook verdienen door je manier van leven of de dingen die je doet. Zelfs door de goede stukken die je schrijft.  Als derde in het rijtje bestaat er ook nog zoiets als `ontzag`. Dat heb je voor iets of iemand waarvan je vermoedt dat de capaciteiten groter zijn dan de jouwe. Nou, dat is al weer een heel brok voor de vroege ochtend.

Toch heeft het veel te maken met de discussie die ik had met voornoemde wethouder. Die had te maken met de fameuze kreet `luisteren naar de burger`. In de afgelopen jaren is dat een stuk gemakkelijker geworden al lijkt het misschien niet zo. In mijn ogen vatten veel bestuurders dat `luisteren` veel te eenzijdig en voor de hand liggend op. Ze bezoeken wijken en instellingen, horen verhalen aan en menen daarna te hebben geluisterd naar de burger. Niets is minder waar.

O zeker, het is goed om burgers op te zoeken maar om echt te luisteren is nog iets anders nodig. De eerste de beste burger in een achterstandswijk heeft namelijk ontzag voor burgemeester en wethouders. Om dat gevoel een beetje te verminderen beginnen ze al gauw met `je` en `jouw`of zetten ze een grote mond op. Soms verzamelen ze alle geleerd klinkende woorden bij elkaar voor het gesprek, of ze nu in de juiste context worden gebruikt of niet. Op die manier hopen ze respect te krijgen van de bestuurder.

Ze wekken de indruk heel goed te weten waarover ze praten hoewel dat meestal maar ten dele zo is.  Bovendien verwachten burgers die met een wethouder spreken, dat er ook direct iets gebeurt. Meneer of mevrouw de wethouder kan dat toch wel even regelen? Dat laatste wijst al op een wereld van verschil in denken. Meneer of mevrouw de wethouder kan `het` helemaal niet even regelen. Omdat het allemaal zolang duurt en uiteindelijk toch verkeerd uitpakt, verdwijnt de waardering voor de wethouder en, nog erger, zelfs het respect.

Luisteren naar de burger houdt dan ook meer in dan een praatje maken. In onze tijd betekent het dat je als bestuurder van tijd tot tijd weblogs afwandelt om te bekijken wat `het volk` met elkaar te bespreken heeft. Daar vind je de emoties en het diepgewortelde wantrouwen of de hoog oplopende wanhoop die in een gesprek niet naar boven komen.

De wethouder met wie ik de discussie had, zag dat niet zitten. `Daar vind ik alleen maar ongenuanceerde onderbuikgevoelens`, was zijn verweer. Nou breekt me de klomp! Moet je als bestuurder dan niet de gevoelens en emoties van `het volk` kennen? Onderbuikgevoelens en gebrek aan nuance. Wat vroeger uitsluitend binnenskamers en in  de kroeg werd besproken, is nu voor iedereen zichtbaar. Daarvan zouden bestuurders meer kennis moeten nemen. Het is de weg om het denken en handelen van `het volk` te gaan begrijpen.

De zeer geleerde wethouder, hij heeft zelfs een doctorstitel,  heeft zijn analytisch vermogen niet voor niets gekregen. Met zijn gevoel voor ratio en nuance kan hij de emotiebrij aan. Daaruit kunnen nog heel mooie, creatieve oplossingen voortkomen. Ik zou het dan ook helemaal niet gek vinden als het college van B en W anderhalf uur per week, 18 minuten per werkdag,  zou uittrekken om weblogs van `het volk` te bestuderen. Bij mij zou dat leiden tot waardering en misschien zelfs tot ontzag.

Tot sterkte,

Kaj Elhorst

https://politiek.wordpress.com

 

Service

www.omnino.nl

www.infeite.nl