Al een twintigtal jaren geleden bezocht ik voor het eerst een bijeenkomst van de vrijmetselaars in Kampen. Ik was daarvoor uitgenodigd door het bestuur van de vereniging en mocht me ” vergapen” aan de bijeenkomst.
Een bijeenkomst die in alle beslotenheid plaatsvond en inderdaad, beslotenheid kan een gunstige uitwerking hebben op mensen. Het leidt tot inkeer en bespiegeling en in onze overdreven uitgelaten wereld is dat heel heilzaam. In dat verband is het opvallend dat veel mensen denken dat introvertie “slecht” is en extravertie ” goed”. In werkelijkheid valt dat onderscheid niet te maken. Het evenwicht tussen de twee is verreweg het beste voor een gelukkig en gezond leven. Althans daarvoor zijn aanwijzingen.
Beslotenheid kan dus heel prettig zijn voor de individuele ontwikkeling. Heel anders is het als een gemeenteraad steeds vaker in beslotenheid gaat vergaderen. De debatten behelzen immers zaken die de hele gemeenschap aangaan. Natuurlijk, als er feiten over personen op tafel komen die beter niet aan de openbaarheid kunnen worden prijsgegeven, dan kan een besloten vergadering een uitkomst zijn. Misschien komen er ook onderwerpen ter sprake die de gemeente zouden kunnen schaden en ook die kunnen beter verborgen blijven. Maar stuk voor stuk zijn de onderwerpen geen eigendom van de gemeenteraad. De raad heeft ze slechts in beheer.
En toch is een besloten vergadering in zulke gevallen verre van noodzakelijk. Veel is afhankelijk van de welsprekendheid van de deelnemers. Wie goed kan spreken en debatteren, is in staat zaken te benoemen zonder ze te noemen. Nu zou je mogen verwachten dat raadsleden een grote bespraaktheid hebben maar niets is minder waar. Voor veel raadsleden valt het niet mee een debat te voeren in de raad en veelal laten zij het halverwege de discussie ook afweten.
De oude Griekse welsprekendheid komt nog een enkele keer voor. Ze heeft te maken met een gedegen kennis van de Nederlandse taal, zoals spreekwoorden en zegswijzen. Het is daarbij ook van belang dat sprekers de betekenis daarvan goed kennen. In de praktijk is het daarmee slecht gesteld en komt men niet verder dan het afvangen van vliegen door humoristisch te zijn.
Kortgeleden hoorde ik een raadslid een proeve van welsprekendheid geven. Hij vond dat een van zijn collega’s niet goed geluisterd had en maar wat raaskalde. Daarop sprak hij de woorden ” Als uw oren zo groot waren als uw mond, had u mij gehoord.” Prachtig!
Het komt spaarzaam voor en ik vrees dan ook dat besloten vergaderingen het gebrek aan welsprekendheid moeten toedekken. Veel raadsleden durven zich niet volledig te laten gaan als de pers erbij is, bang om verkeerd geciteerd te worden, of ” goed maar ongewenst”. Dat is jammer want juist het imago van de raad lijdt onder beslotenheid en gek genoeg is het die raadsleden nu juist om het imago te doen. Politiek is dezer dagen meer een zaak van imago dan van ideaal. Onze identiteit is dat we bang zijn voor imagoverlies. De schijn moet camoufleren wat we zijn: zonder idealen.
Juist dat imago lijdt schade door beslotenheid. Pers en burgers krijgen het gevoel buitengesloten te worden. Zij gaan denken dat de raad wel iets te verbergen zal hebben. Dat hoeft niet zo te zijn maar dat is dan ook het kenmerk van imago. Het imago is wat je lijkt te zijn maar wat niet gedekt hoeft te worden door de waarheid. Het is de chauffeur van de Maybach die achteloos uitstapt alsof hij zijn ” wagentje even parkeert”. Nee, besloten vergaderingen moeten voorkomen worden. Leve de welsprekendheid!
Tot sterkte,
Kaj Elhorst
Service
www.spiritualiteit.blog.nl/goden-en-godinnen